Als ouders uit elkaar gaan moeten er afspraken gemaakt worden over wanneer de kinderen bij welke ouder zijn. Bij een co-ouderschap wordt vaak gekozen voor een 50/50 verdeling waarbij de kinderen de helft van de tijd bij de ene ouder zijn en de andere helft van de tijd bij de andere ouder.
Mijn dochter (van 16) is van maandag tot woensdag bij mij en van woensdag tot vrijdag bij haar vader. Het weekend brengt ze de ene week door bij mij en de andere week bij haar vader. Wij kozen voor deze verdeling boven die van een week-om-week verdeling omdat ze dan op doordeweekse dagen altijd op dezelfde dag in hetzelfde huis is, wat weer handig is met het oog op (de benodigde spullen voor) school, sport en bijbaantje.
Dit schema werkt voor ons al bijna 16 jaar goed. Wel houd ik er rekening mee dat mijn dochter het heen en weer gaan tussen de beide huizen op enig moment niet meer zo ideaal zal vinden. De consequentie daarvan zou dan kunnen zijn dat ze ervoor kiest om bij een van haar ouders te gaan wonen en de andere ouder minder te zien. En dat kan dan zo uitpakken dat ze ervoor kiest om bij mijn ex te gaan wonen en ik haar dus minder vaak zie. Hoewel ik dit geen leuk vooruitzicht vind, wil ik mijn dochter wel de ruimte bieden om hiervoor te kiezen.
Als gescheiden ouders zadelen we onze kinderen op met de last van het wonen in twee huizen. Dat klinkt hard maar bedenk maar eens hoe jij het zou vinden om elke paar dagen van huis te wisselen. Dit is een reden waarom sommige ouders voor birdnesting kiezen (waar dan ook weer allerlei haken en ogen aan zitten).
Als de kinderen pubers worden, meer hun eigen gang willen gaan en baantjes en vriendjes of vriendinnetjes krijgen dan kan het ooit afgesproken “schema” minder werkbaar worden. Ik denk dat je als ouder je kind én jezelf dan een groot plezier doet door met je kind in gesprek te gaan over een mogelijk nieuwe verdeling.
De uitkomst van dit gesprek kán zijn dat je kind ervoor kiest meer bij je ex en minder bij jou te zijn. Niet omdat de liefde voor jou minder groot is, maar omdat pubers nou eenmaal behoorlijk gericht kunnen zijn op een zo’n bruikbaar mogelijke situatie. Als je je als ouder dan hevig verzet tegen deze verandering dan jaag je je kind mogelijk juist bij je vandaan. Ik gebruik hierbij altijd de metafoor van zand dat je vast wilt houden: als je er hard in knijpt zul je het meeste verliezen maar als je het daarentegen losjes vasthoudt dan zal het blijven liggen. Als je je kind de ruimte geeft om - als dat zijn of haar wens is - meer bij je ex en minder bij jou te zijn dan laat je daarmee aan je kind zien dat je vertrouwen hebt in de keuzes van je kind maar óók in je ex. En dat is weer waardevol voor jullie omgang.
Natuurlijk moet de nieuwe situatie ook voor beide ouders (en hun gezinnen) werkbaar zijn. Er moeten duidelijke afspraken gemaakt worden over wanneer het kind bij wie is, hoe dit wordt gecommuniceerd en wat er wordt gedaan als er verschil van mening bestaat. Soms kun je als ouders wat praktische zaken anders voor je kind regelen zodat het wonen in twee huizen wat makkelijker wordt. Zo kozen wij er onlangs voor om onze dochter een elektrische fiets te geven. Dé manier waarop het voor haar goed te doen blijft om in beide huizen te wonen, zei ze. Had ik al gezegd dat pubers heel handig zijn…?